Datum 20 augustus 2023
Aanvang 18:30
Locatie Emmaüskerk
Voorganger ds. A. Nicolai
1e collecte Diaconie
2e collecte Eigen kerkelijk werk


Orde van Dienst

VOORBEREIDING

zingen lied 146a: 1 en 3

stil gebed

bemoediging en groet

zingen lied 245: 1 en 2

RONDOM HET WOORD

gebed

schriftlezing: Tobit 13: 1 t/m 8

zingen lied 1005: 1 en 3, Nederlands

schriftlezing: Tobit 13: 15 t/m 18

zingen lied 1005: 4 en 5, Nederlands

preek

meditatief orgelspel

zingen lied 340b, staande

GEBEDEN EN GAVEN

gebeden

zingen lied 371 (Onze Vader…)

inzameling van de gaven

zingen lied 909: 1 en 3

uitzending en zegen

************************

Schriftlezing Tobit 13:

1 Geprezen zij de levende God tot in eeuwigheid,
geprezen zij zijn koningschap.
2 Hij tuchtigt, maar toont dan weer ontferming.
Hij laat ons afdalen in het diepst van de aarde,
maar leidt ons ook weer uit de afgrond van het dodenrijk omhoog.
Niets kan zijn hand ontvluchten.
3 Loof Hem, Israëlieten, tegenover alle volken.
Hijzelf heeft u immers onder hen verstrooid,
4 daar heeft Hij u zijn majesteit getoond.
Roem Hem tegenover alle mensen, want Hij is onze Heer.
Hij is onze God, Hij is onze Vader, Hij is God in alle eeuwigheid.
5 Hij tuchtigt u om al het onrecht dat u doet,
maar ontfermt zich ook weer over u allen.
Hij verenigt u weer, verstrooid als u bent onder de volken.
6 Keer u tot Hem met hart en ziel, bewijs Hem trouw,
dan keert Hij zich weer tot u
en zal Hij zijn gelaat niet meer verbergen.
Zie wat Hij voor u gedaan heeft,
loof Hem met luide stem.
Prijs de Heer, groot is zijn rechtvaardigheid.
Roem de koning, eeuwig duurt zijn rijk.
In het land waar ik als balling leef, loof ik Hem.
Ik toon zijn kracht en majesteit aan een zondig volk.
Zondaars, keer u tot Hem, doe wat Hij rechtvaardig vindt.
Misschien betoont Hij u zijn goedgunstigheid,
misschien zal Hij barmhartig zijn.
7 Ik roem mijn God,
mijn ziel roemt de koning van de hemel
en jubelt over zijn majesteit.
8 Laat iedereen over Hem spreken
en Hem loven in Jeruzalem.

15 Mijn ziel, prijs de Heer, de grote koning!
16 Jeruzalem zal weer worden opgebouwd.
Gods tempel zal in de stad herrijzen en voor eeuwig en altijd bestaan.
Hoe gelukkig zal ik zijn als wat er van mijn volk nog over is
je luister zal aanschouwen en de koning van de hemel loven zal.
De poorten van Jeruzalem worden weer opgebouwd met lazuur en met smaragd,
elke muur met edelstenen.
De torens van Jeruzalem worden weer opgebouwd met goud,
elke borstwering met zuiver goud.
17 De straten van Jeruzalem worden in mozaïek gelegd,
met granaat en met stenen uit Ofir.
18 De poorten zingen jubelzangen,
de huizen roepen uit: “Halleluja, geprezen zij de God van Israël!”
En zij die door de Heer gezegend zijn,
zullen zijn heilige naam voor altijd prijzen, tot in eeuwigheid.’