stilte

‘God, kom mij te hulp. Heer, haast U mij te helpen’
‘Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest.
Zoals het was in het begin en nu en altijd en in de eeuwen der eeuwen. Amen. Alleluia’.
Lied 462: 1,2,4,6
psalmgebed betreffend psalm 19 De hemel roemt de Heer als volgt ingedeeld:
antifoon (a capella) Laten de wolken recht doen neerstromen, opdat het heil ontluikt.
Zingen: couplet 1
Lezen: vers 8 – 13
Zingen: couplet 6
antifoon (a capella) Laten de wolken recht doen neerstromen, opdat het heil ontluikt.
stilte
lezing 1: Jesaja 9: 5 en 6
inleiding op de tweede lezing
lezing 2: Jesaja 2: 1-5
Schriftlied: lied 466: 6 en 7
stilte
meditatieve muziek voor fluit bij lied 466:3
Taizécanon (melodie Magnificat):
Met hart en ziel loof ik de Heer.
Hij heeft zijn liefde over allen uitgestrekt.
Met hart en ziel loof ik de Heer.
Hij draagt ons leven door de tijden.
Lied 141: 2 Laat Heer mijn gebed
wierookgebed
avondgebed; 3 voorbeden elk afgesloten met als eenstemmige acclamatie:
367 K Hoor ons bidden [de 1e keer: cantorij – allen]
4e voorbede, afgesloten door acclamatie als canon tweestemmig:
367 K Hoor ons bidden
Onze Vader door zanggroep gezongen: lied 369 C
slotlied: lied 435 Hef op uw poorten
slotgebed en gezongen zegenbede:
V: God van Jacob, doe ons opstaan uit de slaap en wandelen in uw licht om de dag te begroeten, waarop Hij verschijnt, die uw belofte van vrede is in levende lijve – Jezus, de zoon van de mensen, onze leidsman ten leven, vandaag en alle dagen die komen.
Gezongen zegenlied:
De Heer is vóór ons om de weg te wijzen, de Heer is achter ons, behoedt ons voor gevaar. De Heer is naast ons, een muur van bescherming en onder ons is Hij het fundament. Hij geeft ons zijn zegen voor nu en altijd, in eeuwigheid Amen.
aansluitend op de zegenbede verlaten we de kerk zingende:
God U bent liefde, bron van leven (Taizé nr 13)